Dochter Sions, Wees Verheugd
1. Dochter Sions, wees verheugd!
Juich van vreugd, Jeruzalem!
Zie, uw Koning komt tot u!
Ja, Hij komt, de Vredevorst!
Dochter Sions, wees verheugd!
Juich van vreugd, Jeruzalem!
2. Hosianna, Davids Zoon
heil en zegen zij Zijn volk!
Sticht nu, Heer, Uw eeuwig rijk;
‘t blij Hosanna komt U toe.
Hosianna, Davids Zoon
heil en zegen zij Zijn volk!
3. Ja, Hosanna, Davids Zoon!
Wees gegroet, O Vredevorst!
Eeuwig staat Uw zetel vast,
eeuwig als Jehova’s troon.
Ja, Hosanna, Davids Zoon!
Wees gegroet, O Vredevorst!
Drie wijzen
Wij, drie wijzen, lang onderweg,
Met geschenken, komend van ver
Over bergen, dwars door dalen
Volgen wij de ster.
Ref
Morgenster in onze nacht
Ster met Koninklijke pracht
Die nog altijd ons de weg wijst
Leidt ons naar de nieuwe dag.
Bethlehem geboortestad ik geef
Hem goud en al mijn ontzag
Deze Koning, Hij zal heersen
Eindeloos is Zijn macht.
Wierook neem ik mee aks geschenk
Teken van mijn eerbied voor Hem
Lof aanbidding, heel de schepping
Prijst Hem met luide stem.
Mirre, het gescgenk dat ik kies
Kostbaar reukwerk, geur van verdriet
In een graf uit rots gehouwen
Leed Hij ons verlies.
Kijk, het graf is opengegaan
Christus Hij opgestaan
Halleluja, Halleluja,
Klinkt het van nu af aan.
Eén naam is onze hope
Eén naam is onze hope,
één grond heeft Christus’ kerk,
zij rust in énen dope
en is zijn scheppingswerk.
Om haar als bruid te werven
kwam Hij ten hemel af.
Hij was ‘t, die door zijn sterven
aan haar het leven gaf.
Vergaard uit alle streken
in heel de wereld één,
werd dit haar zalig teken,
dat allen is gemeen.
Eén bede vouwt de handen,
één zegen breekt het brood,
één vuurbaak staat te branden
in ‘t duister van de dood.
In haar drie-een’ge Here,
nog in haar aardse strijd,
blijft zij met hen verkeren,
wien ruste werd bereid.
Geef dat in uw genade,
o God, ook eenmaal wij
langs uwe lichte paden
gaan tot der zaal’gen rei!